Bernadette van Hellenberg Hubar heeft op “if then is now” een interessant artikel geschreven over “de atmosferische lichtval in de foto’s van Niels Polak”:
“De nieuwe Bavo is een bron van artistieke inspiratie. Dat laat Jan Dibbets zien met zijn ontwerp voor de nieuwe beglazing van het schip en dat laat ook de jonge fotograaf Niels Polak zien met zijn werk in het kader van de Kunstlijn Haarlem (31 oktober – 2 november 2014 en daarna nog de hele maand november in Kunsthandel Courbois). Het opvallende is dat beide kunstenaars vanuit hun aanvliegroute de kathedraal haast intuïtief, in een oogwenk weten te vatten; een proces waarover kunsthistorici als ik soms jaren doen.”
“De fascinatie van Polak met de kathedraal levert boeiende foto’s in zwart-wit op die laten zien wat het licht doet als hij de ruimte op het juiste moment vanuit de juiste plek observeert. Dan slaat hij toe, precies zoals Henri Cartier-Bresson het formuleerde: want fotograferen is immers een spontane impuls die ontstaat door voortdurend kijken en die het moment in zijn eeuwigheid grijpt.[1] Dat bijzondere moment in zijn eeuwigheid is nu precies wat Niels Polak (1977) en Joseph Cuypers (1861-1949), de architect van de nieuwe Bavo, met elkaar gemeen hebben. Daarover wil ik het hier hebben en om dat uit te leggen gaan we terug in de tijd.[2] Die achterwaartse reis wordt telkens onderbroken met voorbeelden van hoe Polak het licht in de nieuwe Bavo interpreteert. Het gaat immers niet zomaar om een afstandelijke observatie van wat Cuypers bedoelde, maar om wat hij daar als kunstenaar mee doet.”
Het gehele artikel is te lezen op: http://bit.ly/ITIN-nBavo-Polak